De eerste helft van deze roman verscheen apart als Boekenweekgeschenk, en werd later door de auteur uitgewerkt tot een volwaardig avontuur van Grijpstra en De Gier. Het begint met een opstootje, een duik in de grachten en de verdwijning van mevrouw Fortuin. Vermoedelijk is ze vermoord, maar waar is haar lijk? Vervolgens vinden de agenten een koffer met een lijk, maar het is onvoorstelbaar hoe het vermoord werd. De cast bevat oversekste jonge vrouwen die zich niet helemaal écht voelen, en een keur aan overvallers en drugsdealers. De gesprekken tussen de agenten over goed en kwaad, realiteit en illusie zijn eigenzinnig en metafysisch als altijd. Een tweeluik over mentale terreur, met een schokkende ontknoping.
Klassieke reeks politieromans rond Henk Grijpstra, Rinus de Gier en hun naamloze commissaris.
Janwillem van de Wetering (1931-2008) was een Nederlandse schrijver, zakenman en avonturier. Hij woonde achtereenvolgens in Zuid-Afrika, waar hij zich bezighield met vastgoedzaken, in Japan, waar hij anderhalf jaar verbleef in een zen-klooster in Kyoto, en in Londen, waar hij een tijdlang filosofie studeerde. Hij was vertegenwoordiger van chemische producten in Colombia, visnetverkoper in Peru, en nietsnut in Australië. In plaats van zijn militaire dienst ging hij als reservist bij de Nederlandse politie. Hij raakte gecharmeerd van het politieberoep en klom op tot de rang van sergeant en inspecteur. In 1975 verhuisde hij naar Maine en besloot zich full-time aan het schrijven te wijden. In 1984 werd hij bekroond met de Franse Grand prix de littérature policière. Hij is vooral bekend door de boeken van Grijpstra en De Gier.