Als de keizer van Annoer wordt vermoord, gaan zijn drie kinderen de strijd aan met de schimmige samenzweerders — en de eeuwenoude vijand — die zijn dood veroorzaakten.
Kaden, de troonopvolger, leeft al jarenlang in een afgelegen bergklooster waar hij de ondoorgrondelijke discipline van de monniken van de God Zonder Gezicht probeert te begrijpen. Als er vervolgens een delegatie arriveert om hem naar huis te begeleiden voor zijn kroning, heeft Kaden net genoeg geleerd om zich te realiseren dat er iets niet pluis is.
Ondertussen worstelt zijn zus Adare, politica en minister van Financiën, met de religieuze orde die verantwoordelijk lijkt te zijn voor de moord op haar vader. Het politieke water is echter troebel, en in haar ijver om het recht te doen zegevieren, zit Adare misschien wel achter de verkeerde man aan.
Hun broer Valyn heeft al moeite om in leven te blijven. Hij wist dat de training van de Speerwers — een groep dodelijke elitekrijgers — moeilijk zou zijn. Maar na een aantal vreemde ongelukken is hij ervan overtuigd dat de moordenaars van zijn vader het op hem en zijn familie hebben voorzien. Hij moet zo snel mogelijk weg om zijn broer te waarschuwen — maar dan moet hij eerst de laatste dodelijke proeve van de Speerwers overleven.
'Staveley heeft in dit magistrale debuut een complexe en zeer gedetailleerde wereld gecreëerd, vol met elitesoldaten, mystieke krijgsmonniken, vlijmscherpe politiek en eeuwenoude geheimen. De lezers van George R.R. Martins Het Lied van Ijs en Vuur zullen smullen van dit debuut.' Library Journal