Er zijn aanwijzingen dat kunstschilder Rafael Dupont, Maikel Landleben en de geheimzinnige Carolus Ratzel die beweert een rechercheur van Europol te zijn naar Frankrijk zijn vertrokken. Jan, Bob en Arie willen proberen daar hun spoor te vinden, maar ze komen niet verder dan de grens met België. Hier wordt Jan gearresteerd omdat de auto waarin hij rijdt gestolen blijkt. Deze auto, een Mitsubishi Outlander, is door Jan op advies van FBI-agent Jack Masters gekocht bij een garage dicht bij Den Haag. De jongens vergeten op slag hun plannen met Dupont, Landleben en Ratzel en besluiten zich bezig te houden met de vraag: hoe bestaat het dat wij, via Masters, een auto aanschaffen die bij de politie op de lijst verdachte auto's staat. In de Happetaria van Jenette vinden ze een deel van de oplossing … met als gevolg dat Arie Roos door een lid van een autobende wordt opgesloten in een ijskoude werkplaats. Hij weet op een bijzondere manier een SOS-signaal te versturen dat wordt opgepikt door Jan en Bob die met een huurauto het ijzeren hek voor de werkplaats rammen en Arie bevrijden. Door hun actie raakt een deel van de bende de kluts kwijt en de grote baas beveelt dat alle gestolen auto's moeten verdwijnen. De meeste staan in of bij een duin bij Bloemendaal aan Zee. Om sporen weg te werken, nemen bendeleden daar drastische maatregelen. Na een achtervolging waarbij wordt geschoten krijgen de jongens eindelijk de kans orde op zaken te stellen en dan blijkt dat het hele, nogal wonderlijke, avontuur is ontstaan door een serie magistrale misverstanden waarbij Masters lang niet vrijuit gaat.