Rechercheur De Cock, met ceeooceekaa, wordt door kunstschilder Peter Karstens thuis ontboden. Vledder vindt de schilder een vervalser en een kunstenmaker, maar De Cock beschouwt hem als een begenadigd kunstenaar en bovenal als zijn vriend. Karstens voelt zich bedreigd. Hij heeft een hond genomen en zijn vriendin woont voor de veiligheid ergens anders. Hij bezweert de oude speurder het onderzoek zelf te leiden voor het geval hem iets overkomt.
De Cock is nauwelijks terug op het bureau, of er komt een telefoontje: op de Noordermarkt is een man neergeschoten terwijl hij zijn hond uitliet. Vledder en De Cock spoeden zich naar de plek van het onheil en vinden Peter Karstens, dood. Ook zijn hond is door kogels omgekomen.
Na nog drie moorden besluipt De Cock “de treurige gedachte dat dit mijn eerste zaak wordt die ik niet tot een oplossing heb kunnen brengen.”
Hij bijt zich vast in de zaak, waarin hij met malafide medewerkers van een kunsthandel in aanraking komt en een rancuneuze, nietsontziende bloedmooie vrouw…