1940 is het meest dramatische jaar in de geschiedenis van de Europese literatuur. Hitler
overrompelt Frankrijk. In Nice luistert Heinrich Mann tijdens een bomalarm naar Radio
London. Anna Seghers ontvlucht Parijs te voet met haar kinderen. Lion Feuchtwanger wordt
gevangengezet in een Frans interneringskamp. Op zoek naar een ontsnappingsmogelijk
heid belanden ze ten slotte allemaal in Marseille. Maar ook daar zijn ze niet veilig voor de Gestapo. Ondertussen reist de Amerikaanse journalist Varian Fry in opdracht van onder
andere Eleanor Roosevelt naar Marseille om met geld en valse paspoorten zoveel mogelijk
joodse schrijvers en kunstenaars te redden.
In Marseille overhandigt Walter Benjamin zijn laatste essay aan Hannah Arendt voor
dat hij aan zijn vlucht over de Pyreneeën begint. Hier kruisen de paden van vervolgden,
spionnen, agenten en foute ‘diplomaten’, en hier riskeren Varian Fry en zijn moedige hel pers, onder wie ook Lisa Fittko, lijf en leden om de vervolgden het land uit te smokkelen.
Meeslepend, met veel nieuwe details en verrassende inzichten vertelt Uwe Wittstock over
onbegrijpelijke moed en de grootste wanhoop, over onbuigzame hoop, ontsnapping uit levensgevaar en menselijkheid in donkere tijden.