Een man op de evenaar van zijn leven wordt getroffen door een fatale hersenscandiagnose. In zijn diepste verleden ontdekt hij dat zijn leven louter vrucht is van zijn fantasie. Hij staat voor de keuze: zweert hij zijn fantasie af waarbij hij zichzelf verloochent? Of blijft hij zijn verzonnen zelf trouw, aanvaardt hij de illusie als realiteit, zelfs nu die hem aanstaart van achter een uit de kom geschoten mombakkes? Een keuze tussen hond en wolf.
De auteur bezoekt met zijn hoofdpersoon een psychiater. De psychiater heet Dirk De Wachter. Zij ontmoeten elkaar ‘achter Wondenland’ op zeven voorbestemde locaties. De auteur converseert met de psychiater door de barsten in het verhaal. Tot die zich sluiten en de auteur en Dirk De Wachter opgaan in fictie. Ze worden medebewoners van Wondenland, personages in een parallelroman. Verledens versmelten, wie is de hoofdpersoon, wie is de auteur, wie is Dirk De Wachter? Wie is niet wie hij beweert te zijn? Slechts één van hen is echt en zal uit het verhaal terugkeren. De anderen zullen ontmaskerd worden als illusie.