In haar volle breedte staat Lena daar. 'Dus jij gooit schillen in mijn bed?' schreeuwt ze. 'Hier, dan krijg jij wat van mij!' Met een zwaai kiepert ze een volle emmer water over Vilma heen. 'Ik zal je je grapjes afleren!'
De 9-jarige Vilma uit Bolivia zou het liefst hard wegrennen. Het is thuis helemaal niet gezellig meer. Sinds haar vaders nieuwe vrouw bij hen is komen wonen, is de sfeer tot onder het nulpunt gedaald. Elke dag maakt Lena hetzelfde eten en als je niet uitkijkt, krijg je een pak slaag, of erger.
Op een dag besluit Vilma dat het genoeg is. Samen met haar broer Charo neemt ze de benen. Een lift met een vrachtwagen brengt hen in een stad ver weg.
Maar het leven op straat is gevaarlijk en hun vlucht lijkt uit te lopen op één grote mislukking. Moeten ze nu verder leven als straatkinderen, of is er toch ergens een veilige plek voor hen?
Lijda Hammenga schreef met passie een (grotendeels) waargebeurd verhaal over een kindertehuis in Bolivia, dat is opgericht door Nederlanders.