Dit boek vertelt het (vaak frustrerende) parcours van het vrouwenvoetbal: van speelsters met schuilnamen over WK-matchen van amper tachtig minuten tot de geboorte van de Red Flames.
Wat als de Europese voetbalbonden het vrouwenvoetbal tussen 1921 en 1971 niet verboden hadden? De sport floreerde tijdens de Eerste Wereldoorlog, sommige wedstrijden lokten tienduizenden toeschouwers, maar omdat de mannelijke leiders in het vrouwenvoetbal een bedreiging zagen voor het mannenvoetbal, werden de dames naar de marginaliteit verbannen. Dit boek vertelt het (vaak frustrerende) parcours van het vrouwenvoetbal: van speelsters met schuilnamen over WK-matchen van amper tachtig minuten tot de geboorte van de Red Flames.
Minstens even belangrijk is de inbreng van Tessa Wullaert, misschien wel de beste Belgische speelster in de geschiedenis. Ze kan als kind al wedijveren met de jongens, maar wanneer haar jeugdcoach naar Cercle Brugge vertekt en zijn beste spelers wil meenemen, valt Wullaert uit de boot omdat 'er voor meisjes toch geen toekomst is'. De West-Vlaamse bewijst nadien het tegendeel, maakt van haar hobby haar beroep en groeit uit tot een inspiratiebron voor jongeren.