Een lang, zwartharig meisje met een veelkleurige rok tot op de enkels, een open bloes en op blote voeten vraagt De Cock om een graf voor haar vriendin, Colette, een aan heroïne verslaafd meisje, dat al twee dagen dood in een kraakpand ligt. In deze sfeer komen de vragen op De Cock af; het begint bij een klein blond jongetje dat ze in een doos aantreffen bij de dode en leidt via afpersing en verslaving tot moord. De Cock's grootste zorg is echter het kind dat hij hoopt te kunnen bewaren voor het lot van zijn moeder.'