In ‘De raaf’ schenkt Louis Beyens aandacht aan de vogel die volgens hem erg onderschat wordt. De raaf is namelijk niet echt de Caruso van het dierenrijk. Toch is hij net als de kraai een heuse zangvogel, de grootste zelfs. Was hij vroeger een gewone broedvogel in Nederland en België, door zijn duistere, zwarte uiterlijk, de vermeende concurrentie met jagers en zijn slechte naam als aaseter hadden we hem bijna uitgeroeid. Halverwege de vorige eeuw is hij heruitgezet en nu leven er weer honderden broedparen in de Lage Landen.
Daar mogen we blij mee zijn, want de raaf is een van de intelligentste diersoorten ter wereld. In vrijwel alle culturen neemt de raaf een belangrijke plaats in, mede door zijn incarnatie van de eeuwige tegenstelling van goed versus kwaad. In dit deel van de vogelserie vertelt Louis Beyens aanstekelijk en toegankelijk over deze prachtige mythische vogel waarmee de mens al zo lang een speciale relatie heeft.