Alles in haar leven, nog voor haar geboorte, begon met de beslissing van haar ouders. Nog voordat zij hun gezinsleven thuis, in Holland, konden opbouwen, zijn ze in 1922 vertrokken om een nieuw land op te bouwen. Een land dat in die periode nog niet hersteld was van een revolutie en een burgeroorlog, het verlies van naasten, van honger en ziekte. Een land waar fabrieken en bedrijven verwoest waren en waar bijna geen technici meer waren om de productie weer op gang te brengen. Marcella’s ouders rekenden het tot hun plicht om zich volledig in te zetten voor het herstel van de economie van de jonge republiek en gingen op weg op een verre, en zoals later is gebleken, lange reis.
In de dertiger jaren begon in de Sovjetunie de politieke reactie, die in de massale repressie zich heeft geuit. Het land was bevangen door angst. De jaren van repressie vermorzelden of vernietigden miljoenen mensen. En indien je een buitenlander was, en nog wel partijlid, niet zomaar iemand maar een persoon met een leidende positie, was het al bijna onmogelijk om een arrestatie te ontlopen. De Hollanders die toen in het Sovjet-Unie woonden liepen een reëel gevaar om in de molens van de tijd vermalen te worden. Gelukkig heeft Marcella van die vreselijke tijd weinig gemerkt — ze was te jong, en wat het meest telde is dat haar gezin door het noodlot werd gespaard. Het zal wel nooit bekend worden welke beschermengel dit gezin in die verschrikkelijke jaren heeft behoed.
Maar de zware jaren waren nog niet voorbij. De Tweede Wereldoorlog brak uit. Het land ging gebukt onder nieuwe beproevingen. Vier lange jaren streed de hele bevolking uit alle macht tegen de vijand. De strijd verliep niet alleen aan de frontlinies, ook in het achterland gaven de mensen hun uiterste krachten aan het arbeidersfront voor de overwinning. Volkomen uitgeput en geveld door een zware ziekte ging ook het hoofd van het gezin Koos J. Visch heen.
In dat land, in dat gezin groeide de bescheiden, compromisloze en onbuigzame Marcella op. Na alles wat ze doorgemaakt had aan beproevingen en offers, bombardementen en honger, na het zware werk in haar tienerjaren, had ze haar warmte en haar vertrouwen in de mensheid niet verloren.
Marcella zegt: “Ik houd heel veel van het Russische volk! En van het Hollandse volk niet minder! Beide landen zijn me even dierbaar! Ze hebben me allebei ongelooflijk veel geschonken. En nooit zullen ze me vreemd zijn.” Twee landen — twee liefdes. De ene liefde is onvoorwaardelijk, zoals de liefde voor je moeder. De andere liefde is anders, volwassen, als de liefde voor je echtgenoot.
Marcella noemt haar memoires “mijn erfenis”. Ze zegt: “Het is mijn nalatenschap aan de kinderen en kleinkinderen. Het waren geen makkelijke jaren, maar ik denk er met waardering aan terug.”
P.S. Helaas heeft Marcella de publicatie ervan niet meer meegemaakt. Toen ze de laatste materialen doorgaf sprak ze: “Ik heb hier niets meer aan toe te voegen.”